Inleiding

De bestuursrapportage is een boekwerk waarin het college tussentijds financiële verantwoording aan uw raad aflegt. In de bestuursrapportage worden alleen financiële afwijkingen (voor- en nadelen) toegelicht. Ook het anders inzetten van middelen wordt toegelicht in de bestuursrapportage. In dit boekwerk vindt geen toelichting plaats van vertragingen of afwijkingen in het beleid.

De kadernota en de begroting hebben financieel als doel het bepalen van het budget voor een bepaald jaar. De bijstelling van budgetten vindt plaats via bestuursrapportages. Ook wordt in deze bestuursrapportage inzicht gegeven in de wijzigingen bij investeringen en projecten. De tweede bestuursrapportage wordt voorafgaand aan de behandeling van de begroting voor het volgende jaar aan uw raad toegezonden. De jaarrekening is het sluitstuk en geeft weer wat er bereikt is in een jaar.

In deze bestuursrapportage wordt eerst ingegaan op de financiële gevolgen voor het resultaat van het lopend boekjaar. 

Met het overzicht van het verloop van de reserve vrije bestedingsruimte en van de post onvoorzien worden deze onderdelen nader toegelicht. De mutaties moeten door uw raad goedgekeurd worden.

Daarna wordt ingegaan op de mutaties per programma. De afwijkingen boven de € 25.000 worden per onderwerp toegelicht. In bijlage 1 is in een overzicht weergegeven welke posten budgettair neutraal  of kleiner dan € 25.000 zijn. Tot slot is in bijlage 2 een overzicht gegeven van het verloop van de investeringen van die projecten waar een overschrijding is of het project kan worden afgesloten. 

De stand van de begroting 2024 is als volgt:

	2024
Vastgestelde meerjarenbegroting 2024-2027	-850.991
1e begrotingswijziging 2024	29.374
1e bestuursrapportage 2024	-800.456
RB jaarrekening 2023	77.603
2e bestuursrapportage 2024	717.419
Geprognosticeerd resultaat 2024	-827.051

De tweede bestuursrapportage kent een positief resultaat van € 717.419. In de kadernota en de meerjarenbegroting 2025-2028 wordt dieper ingegaan op de structurele gevolgen voor de gemeente Son en Breugel. Conform de nota reserves en voorzieningen 2022 wordt het positieve begrotingssaldo gestort in de reserve vrije bestedingsruimte. Dit om de eerder onttrokken bedragen vanuit de 1e begrotingswijziging 2024 en de 1e bestuursrapportage 2024 ongedaan te maken.

 

Na verwerking van alle mutaties van deze bestuursrapportage en de jaarrekening 2023 wordt de stand van de begroting voor 2024:

	2024
Begrotingssaldo	77.603
Resultaat tweede bestuursrapportage 2024	717.419
Begrotingssaldo na tweede bestuursrapportage 2024	795.022
Storting in reserve vrije bestedingsruimte	-795.022
Begrotingssaldo na tweede bestuursrapportage 2024	0

In de jaarrekening 2023 is voor de eerste keer de rechtmatigheidsverantwoording opgenomen. Het college van B&W heeft hier een goedkeurende verklaring bij afgegeven. In hoofdstuk 3 van de financiële verordening zijn de spelregels omtrent het afleggen van verantwoording inzake de rechtmatigheid uitgewerkt, zoals de verantwoordingsgrens van 1% over de totale lasten. Op basis van de oorspronkelijke begroting 2024 bedraagt deze grens € 500.000.

De definitieve rechtmatigheidsverantwoording over het boekjaar 2024 wordt door het college van B&W opgenomen in de jaarrekening 2024.  De bevinding is gebaseerd op de volgende 3 criteria. Hieronder wordt per criterium de stand van zaken per 1 september 2024 gegeven:

Begrotingscriterium (totale fout € 0)
Binnen de programma’s zijn geen overschrijdingen te verwachten. 

Voorwaardencriterium  (totale fout € 268.000) 
Uit de jaarrekening 2023 blijkt dat in een aantal gevallen niet aan het voorwaardencriterium is voldaan en dat de betreffende inhuurcontracten doorlopen in 2024. Het betreft een aantal contracten van medewerkers die een sleutelfunctie vervullen voor de gemeente. Alles overwegend is ervoor gekozen de inhuurcontracten met deze medewerkers, in het belang van de organisatie, in 2024 te continueren. Dit is ook in de 1e bestuursrapportage aangegeven.
De totale aanbestedingsfout bedraagt per 1 september 2024 € 268.000.

Misbruik- en oneigenlijk gebruik criterium  
Volgt bij de jaarrekening 2024.

Conclusie
Op basis van de huidige stand van zaken is de verwachting dat er een goedkeurende rechtmatigheidsverantwoording kan worden afgegeven bij de jaarrekening 2024, omdat de geconstateerde fouten onder de tolerantiegrens blijven.