Voorwoord

Kritisch blijven op uitgaven en nieuwe taken

Voor u ligt de begroting 2026 – 2029. In 2026 en de jaren daarna laat de begroting een tekort zien. Dat komt onder andere omdat de uitkering van het gemeentefonds achterblijft bij de opgaven die we als gemeente hebben en we daarnaast vanaf 2028 een forse bezuiniging van het Rijk tegemoet kunnen zien. In de meicirculaire hebben we extra middelen voor 2026 en 2027 ontvangen. Die middelen willen we gebruiken om uitvoering te geven aan beleid dat we hebben vastgesteld én niet aan nieuwe beleidsrichtingen. Echter, deze middelen zijn onvoldoende om onze taken te kunnen uitvoeren. Daarom blijft het noodzakelijk om kritisch naar de kosten van de huidige opgaven te kijken en moeten we terughoudend zijn met het aannemen van nieuwe taken. 

Om voor 2026 – 2029 een gezonde financiële basis te krijgen, hanteren we ook komende jaren een aantal uitgangspunten bij het maken van beleidskeuzes. Die uitgangspunten zijn:
1. Een structureel sluitende meerjarenbegroting 
2. Het basisniveau van voorzieningen en ondersteuning voor inwoners is op orde
3. Geen kapitaalvernietiging door al genomen besluiten ter discussie te stellen
4. Nieuwe feiten en inzichten kunnen leiden tot heroverweging van eerdere besluitvorming
5. Meer samenredzaamheid, zelfredzaamheid en eigen verantwoordelijkheid van inwoners die hiertoe in staat zijn
6. Inwoners die ergens baat bij hebben, betalen naar draagkracht mee aan de kosten
7. Organisaties en verenigingen genereren subsidie-inkomsten en cofinanciering daar waar mogelijk
8. Bij gebiedsontwikkelingen moeten inkomsten gegenereerd worden om maatschappelijke ontwikkelingen mogelijk te maken.

Prioriteit is dat we blijvend zorgen voor een (financieel) vangnet voor inwoners die dat nodig hebben. Ook het stimuleren van woningbouw in Son en Breugel blijft van groot belang. We hebben hierbij echter te maken met ingewikkelde en langdurige processen, waardoor resultaten niet meteen zichtbaar zijn. Om woningbouwprojecten mogelijk te maken en/of te versnellen, kijken we actief naar het inzetten van externe financiering, zoals binnen de Beethovendeal. 
Daarnaast zijn er externe factoren waarop we geen (directe) invloed hebben. Zoals de regionale bereikbaarheidsvraagstukken en de internationale ontwikkelingen.

Gemeentelijke belastingen

De lokale belastingen bestaan voor onze inwoners uit afvalstoffenheffing, rioolheffing en voor eigenaren van een koopwoning de OZB. In 2026 stijgt de afvalstoffenheffing voor een eenpersoonshuishouden van € 272,88 naar € 294,72 en voor een meerpersoonshuishouden van € 342,12 naar € 369,48. 
De rioolheffing voor een niet-afgekoppelde woning stijgt in 2026 met ruim € 11,-. Dat is conform de afspraken die met uw raad zijn gemaakt voor het Programma Water en Riolering 2023-2027.
Het OZB tarief is aangepast waarbij rekening is gehouden met zowel de waardestijging als  met het indexpercentage van 3,7%, zoals is vastgesteld in de Kadernota. 

Wij vertrouwen erop, gezien de maatregelen die in 2024 en 2025 al genomen zijn om onze financiële positie te verbeteren, dat we samen met uw raad verder kunnen werken aan een gezonde (financiële) toekomst van onze gemeenschap.