Programma 2. Sociale leefomgeving

De sociale leefomgeving gaat over de gezondheid, het welbevinden en de ontwikkelmogelijkheden van onze inwoners. Goede voorzieningen voor inwoners en professionals zijn hiervoor belangrijk. Enerzijds bestaan voorzieningen uit ondersteuningsmogelijkheden voor individuele inwoners door hulp en (financiële) steun, anderzijds uit accommodaties, subsidies en bijeenkomsten/evenementen. Het programma heeft betrekking op alle inwoners als het gaat om preventie, gezonde leefstijl, ontwikkeling en ontmoeting. Het programma gaat daarnaast specifiek in op ondersteuning van kwetsbare inwoners en jeugdigen.
Door een passend aanbod van culturele activiteiten kunnen onze inwoners zich ontwikkelen en ontplooien. Borging van het cultureel erfgoed en behoud van monumenten dragen daar ook aan bij.

Aan het Programma 'Sociale Leefomgeving' zijn geen CO2-reductiedoelstellingen gekoppeld. Dit programma levert een beperkte directe bijdrage aan de klimaatdoelstellingen van de gemeente. De verduurzaming van maatschappelijke gebouwen (o.a. accommodatiebeleid en onderwijsgebouwen) en sportcomplexen zorgt wel voor een reductie van de CO2-uitstoot. Dit komt echter vooral terug in het programma Duurzaamheid.
Bij de uitbreiding en nieuwbouw van gebouwen willen we zoveel mogelijk klimaat neutraal bouwen. Voor 2022 is dit vooral de herontwikkeling van de Bongerd.

Dienst Dommelvallei

• Dienst Dommelvallei voert voor de gemeente de sociale dienstactiviteiten (Participatiewet, Bijzondere bijstand, gemeentelijk sociaal fonds (gsf)) vanuit het CMD uit. Ook wordt beleidsmatig op dit taakveld de gemeente geadviseerd.
• Daarnaast ondersteunt Dienst Dommelvallei de CMD-dienstverlening in het Sociaal Domein richting inwoners (waaronder de hele administratieve ondersteuning en applicatie-inrichting).
• Dienst Dommelvallei zet samen met CMD partners (zoals WSD) zelf ontwikkelde methoden en aanpakken in naar werk en activering. 

Werkvoorzieningschap de Dommel (WSD)
WSD voert de werkgeversverplichtingen van de voormalige Wet sociale werkvoorziening (Wsw) uit voor de gemeente Son en Breugel. Daarnaast begeleidt WSD inwoners die in het kader van de Participatiewet ondersteuning nodig hebben bij het vinden van werk.
De gemeenteraad heeft in 2020 besloten inwoners optimaal te willen blijven ondersteunen naar werk en activering via WSD. Samen met Dienst Dommelvallei wordt voor deze ondersteuning gewerkt in ons CMD. Daarnaast wordt projectmatig toegewerkt naar deze samenwerking via methoden en aanpakken. Met deze integrale werkwijze organiseren we gecombineerde CMD-ondersteuning van zorg en activering.

Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst (GGD)
De GGD Brabant-Zuidoost voert voor ons de (verplichte) taken van de Wet publieke gezondheid uit. Daarnaast ondersteunt ze de gemeente bij de invulling van hun (gezondheids)beleid, bijvoorbeeld via de vierjaarlijkse Volksgezondheid Toekomst Verkenning (VTV). In 2020 heeft de GGD deze voor het laatst vernieuwd. Deze documenten zijn voor de komende jaren mede de basis voor nieuw beleid alsook voor input voor de omgevingsvisie.

10voordejeugd
Regionale inkoopsamenwerking voor de inkoop van specialistische jeugdhulp, bestaande uit gemeente Helmond, Peelgemeenten (Deurne, Asten, Someren, Laarbeek, Gemert-Bakel), Dommelvallei+ (Geldrop-Mierlo, Nuenen, Son en Breugel, Waalre) en gemeente Veldhoven. 

1. Indexering jeugdhulp tarieven
Gemeenten moeten reële tarieven betalen aan zorgaanbieders die specialistische jeugdzorg leveren. Dit betekent onder andere dat een jaarlijkse indexering, rekening houdend met de loon- en prijsstijgingen in de sector, nodig is. De wijze waarop werd geïndexeerd lag niet vast, waardoor jaarlijks een nieuw besluit nodig was. In de regionale samenwerking 'Een 10 voor de jeugd' is besloten om de jaarlijkse indexering te baseren op het 5-jarig OVA-gemiddelde. De OVA is de overheidsbijdrage in de arbeidskostenontwikkeling en wordt jaarlijks berekend op basis van objectieve cijfers van het CPB. Door te werken met een 5-jarig OVA-gemiddelde worden eventuele (grote) jaarlijkse schommelingen gedempt.

3. Verhogen tarieven jeugdbescherming/jeugdreclassering
Op advies van de Jeugdautoriteit zijn de tarieven voor jeugdbescherming en jeugdreclassering halverwege 2021 opgehoogd met terugwerkende kracht tot 1 januari 2021. Het tarief in de regio Brabant behoorde tot de laagste in Nederland en geadviseerd is om een gemiddeld tarief te hanteren. Het bedrag dat is opgenomen heeft betrekking op de tariefsverhoging en indexering voor 2022. Indien het gebruik van jeugdbescherming/jeugdreclassering in 2022 toeneemt (d.w.z. meer casuïstiek waar jeugdbescherming wordt ingezet), zullen de financiële gevolgen van de tariefsverhoging sterker uitvallen. Het aantal casussen jeugdbescherming/jeugdreclassering wordt gedurende het jaar gemonitord, zodat we waar nodig tijdig financieel bij kunnen sturen.

4. Specifieke uitkering wet inburgering
Dit is het bedrag wat we verwachten uit te geven aan inburgeringsvoorzieningen en het te verwachte ontvangen bedrag dat vanuit de nieuwe Wet Inburgering wordt verstrekt voor inburgeringsvoorzieningen.

5. Aanvullende middelen jeugdzorg (taakstelling)
Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft aangegeven welke aanvullende middelen beschikbaar komen voor jeugdzorg. Landelijk zijn afspraken gemaakt welke bedragen daarvan door de gemeenten in de begrotingen verwerkt mogen worden. Deze middelen worden ingezet om de taakstelling voor het sociaal domein op te vangen.

6. Deeltaxi
Vanaf maart 2020 wordt het Deeltaxi (CVV) vervoer uitgevoerd door een nieuwe vervoerder PZN. In de daaraan voorafgaande aanbestedingsprocedure is ervoor gekozen om de tarieven te baseren per gereden kilometer in plaats van per zone. Vervolgens is op basis van het nieuwe tarief per kilometer er een aanname gedaan wat de uiteindelijke kosten voor de Deeltaxi gaan bedragen.

Door de coronacrisis blijkt dat Wmo-cliënten minder gebruik maken van de Deeltaxi dan voorheen. Dit heeft naar verwachting een structurele doorwerking. Dat betekent dan ook dat de kosten voor de Deeltaxi de komende jaren lager zullen zijn dan geraamd. Dit effect wordt op langere termijn wel teniet gedaan doordat de tarieven jaarlijks worden geïndexeerd. Dit betekent dat uiteindelijk de kosten eerst uitkomen op het oorspronkelijk begrote bedrag en daar uiteindelijk ook overheen gaan.

7. Subsidies maatschappelijke organisaties
Ruim 70 maatschappelijke organisaties worden ondersteund met subsidie. Elk jaar zijn er wel enkele wijzigingen in de subsidiebudgetten, waardoor een verschil met de vorige meerjarenbegroting ontstaat. 
In de bijlagen van deze meerjarenbegroting staat een overzicht van de maatschappelijke organisaties en de voorgestelde subsidie die we willen verlenen voor het jaar 2022.