Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

In deze paragraaf geven we de financiële robuustheid van de gemeente weer.
Onder weerstandsvermogen wordt in algemene zin verstaan de mogelijkheid om tegenvallers op te vangen. Het weerstandsvermogen betreft de relatie tussen:

  • (Beschikbare) weerstandscapaciteit:
    De middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt om niet begrote kosten te dekken.
  • Benodigde weerstandscapaciteit:
    Risico’s waarvoor geen maatregelen zijn getroffen en die van materiële betekenis kunnen zijn voor de financiële positie van de gemeente. Het betreft risico’s die eenmalig onverwacht kunnen optreden en geen normale bedrijfsvoeringsrisico’s zijn.

Beleid betreffende de weerstandscapaciteit en de risico’s

Terug naar navigatie - Beleid betreffende de weerstandscapaciteit en de risico’s

In de raadsvergadering van 21 maart 2013 heeft de raad de ‘Nota risicomanagement en weerstandsvermogen’ vastgesteld. In de nota wordt het beleidskader voor het weerstandsvermogen beschreven. Dit kader luidt als volgt:

  • De gemeenteraad wordt via de planning- en controldocumenten geïnformeerd over de 15 belangrijkste risico’s, de beschikbare weerstandscapaciteit en de ratio van het weerstandsvermogen;
  • De ‘Nota risicomanagement en weerstandsvermogen’ wordt als basis gehanteerd voor de opstelling van de verplicht voorgeschreven paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing in de meerjarenprogrammabegroting en de jaarrekening;
  • Voor de berekening van de beschikbare weerstandscapaciteit worden de onbenutte belastingcapaciteit en de stille reserves buiten beschouwing gelaten;
  • Uitgegaan wordt van een gewenste minimale score voor de ratio weerstandsvermogen van ‘voldoende’ (ratio > 1);
  • Als de ratio weerstandsvermogen door de toename van risico’s onder de 1 uitkomt, zal ofwel de beschikbare weerstandscapaciteit worden aangevuld, ofwel extra inspanningen worden gedaan om de benodigde weerstandscapaciteit terug te brengen. In deze situatie zal het college voorstellen doen aan de gemeenteraad die ervoor moeten zorgen dat het weerstandsvermogen weer op het gewenste niveau komt.

In de ‘Nota risicomanagement en weerstandsvermogen’ is uitvoerig ingegaan op het wettelijk kader, de inventarisatie van de risico’s en de weerstandscapaciteit. De beleidsconclusies zijn hierboven weergegeven.
In deze begroting heeft een actualisatie plaatsgevonden van de weerstandscapaciteit, de risico’s en het weerstandsvermogen.

Top 15 inventarisatie van de risico's

Terug naar navigatie - Top 15 inventarisatie van de risico's

In veel gevallen kunnen we de exacte waarde van een risico niet bepalen. Om de risico’s toch te kwantificeren werken we met klassengemiddelden. Deze klassengemiddelden leiden tot de financiële gevolgen in onderstaande tabel. De risicowaarde bepalen we vervolgens aan de hand van de volgende berekening:

Risicowaarde in € = 'Kans (als percentage)’ x ‘Gevolg in €

Het totaal aan risicowaarden vormt de benodigde weerstandscapaciteit. Omdat niet alle risico’s zich tegelijk manifesteren, wordt gerekend met een zekerheidspercentage van 90%. Hieronder treft u de top 15 van grootste risico's aan.

Risico Kans in % Kans in € Risicowaarde
1. Jeugdzorg 90% 375.000 337.500
2. CMD algemeen 50% 375.000 187.500
3. Wolfswinkel 50% 375.000 187.500
4. Cybercriminaliteit 50% 375.000 187.500
5. Algemene uitkering gemeentefonds 70% 175.000 122.500
6. Crisisbeheersing 10% 1.000.000 100.000
7. Dienst Dommelvallei Concrete berekening 65.340
8. GGD Brabant Zuidoost 70% 75.000 52.500
9. Inkoop en aanbesteding 70% 75.000 52.500
10. Vennootschapsbelasting 30% 175.000 52.500
11. Fiscaliteit 30% 175.000 52.500
12. Beveiligingsincident 70% 75.000 52.500
13. Algemene verordening gegevensbescherming 10% 375.000 37.500
14. Verkiezingen 50% 75.000 37.500
15. Terugkeergarantie voormalig coördinator CMD 30% 96.436 28.931
Subtotaal top 15 1.554.271
Overige risico's 490.884
Risico's onvoorzien 250.000
Totaal 2.295.155
Risico's t.b.v. zekerheidspercentage 90% 2.065.639

 

Twee keer per jaar worden de risico’s opnieuw geïnventariseerd en berekend. Bijzonderheden, de nieuwe risico's en de risico's die niet meer in de top 15 voorkomen worden hieronder kort toegelicht.

Nieuwe risico's top 15

Er is één risico doorgeschoven naar de top 15. Dat betreft de terugkeergarantie die aan de voormalig coördinator van het CMD is gegeven. Dit risico is niet nieuw, maar viel de vorige keer net buiten de top 15.

 

Verdwenen risico's top 15

Bij de vorige inventarisatie van de risico's - bij het samenstellen van de jaarrekening 2020 - stond 'Attero' nog als risico in de top 15. Dit ging om een contract dat gewesten met Attero hadden gesloten over het verbranden van afval. In dit contract was een minimum afgesloten. Vanwege een rechterlijke uitspraak is dit niet langer een financieel risico voor de gemeente Son en Breugel. Vandaar dat dit risico verdwenen is uit de top 15.

Top 15 risico's

Terug naar navigatie - Top 15 risico's

1. Jeugdzorg
Door incidenten (crisis, gesloten jeugdzorg, jeugdbescherming) of door instroom van cliënten met hoogcomplexe casuïstiek bestaat het risico dat er een beroep wordt gedaan op de zwaardere, duurdere en langdurige jeugdzorg. Ook kunnen we achteraf geconfronteerd worden met kosten voor zorg als gevolg van directe verwijzingen door medische verwijzers (waaronder huisartsen en jeugdartsen). Deze medische verwijsroute is wettelijk ingeregeld. Een ander risico betreft eventuele nafacturering door zorgaanbieders tot 5 jaar na inzet zorgaanbod. Deze verplichtingen zijn in kaart gebracht, maar gelden voor 1 jaar, waardoor eventuele nafacturering van andere jaren kan drukken op de lopende begroting. Tenslotte kampt de jeugdbescherming met ernstige personeelstekorten, waardoor gecertificeerde instellingen niet altijd direct de meest passende hulp in kunnen zetten. Dit kan leiden tot een langere doorlooptijd van trajecten, verergering van de problematiek en een toenemende druk op het CMD, met de financiële gevolgen van dien.


Beheersmaatregel
Het CMD zet samen met partners als huisartsen, jeugdarts en voorliggend veld in op vroegtijdige signalering van problemen. Ondersteuning wordt altijd zo licht als mogelijk en zo zwaar als nodig ingezet. Per 2022 geldt voor lichte, kortdurende en voor hoogcomplexe, langdurige hulpverleningstrajecten een verschillende financiering aan zorgaanbieders. Door deze differentiatie in financiering kan beter gestuurd worden op de duur, intensiteit en daarmee de kosten van behandelingen. De situatie onder de gecertificeerde instellingen voor jeugdbescherming wordt regionaal gemonitord. Er wordt een verbeteraanpak opgesteld om de zorg voor de meest kwetsbare kinderen te kunnen waarborgen.

 

2. CMD algemeen

In 2019/2020 is door K2 een onderzoek naar het CMD gedaan. In de rapportage (april 2020) zijn diverse problemen blootgelegd en aanbevelingen gedaan. Twee van de aanbevelingen zijn in 2020 opgepakt, de analyse naar de 10% duurste casussen en het opstellen van een nieuwe visie op het CMD. Dat laatste is opgepakt door een Raadswerkgroep en heeft geleid tot een door de raad vastgesteld visiedocument waarbij de bedoeling van het CMD is geherformuleerd. De aanbevelingen van K2 inclusief de hernieuwde visie leiden tot een verandertraject.
Uit dit traject vloeien personele en financiële consequenties voort. De financiële gevolgen zijn geraamd op € 230.500 en opgenomen in deze begroting. Verder komt er in het 4e kwartaal 2021 een uitvoeringsplan wat gebruikt wordt om meer grip te krijgen op de verschillende processen en procedures.

We gaan er vanuit dat het verandertraject leidt tot een reductie van de uitgaven en het beroep op de voorzieningen. Het verandertraject en het opvolgen van de aanbevelingen kost echter tijd, we hebben geen garanties dat de aanpak daadwerkelijk leidt tot kostenbesparing en we zien nog steeds een ontwikkeling van toenemende vraag. Daarnaast brengen de coronamaatregelen met zich mee dat het lastig te meten is wat de structurele gevolgen zullen zijn van de opgevolgde aanbevelingen.

Beheersmaatregel
Het verandertraject dient te leiden tot een integrale aanpak waarin we de aanbevelingen in samenhang laten terugkomen, om zo de slagingskans zo groot mogelijk te maken. We blijven monitoren en anticiperen op de trends waaronder de stijgende hulpvraag. We betrekken daarbij de medewerkers en de netwerkpartners van het CMD bij het opvolgen van de aanbevelingen waaronder de uitwerking van de visie. Tegelijkertijd blijven we onze inwoners adequaat ondersteunen bij hun hulpvraag. Dat vraagt het nodige van de medewerkers binnen het CMD. De formatie dient daarbij op orde te zijn om zowel het verandertraject goed te kunnen doorlopen als ook onze inwoners adequaat te ondersteunen.

 

3. Wolfswinkel
Meerjarig gezien is er geen sluitende exploitatie van de begraafplaats. Hierdoor is een negatief eigen vermogen ontstaan. De gemeente loopt het risico dat de stichting begraafplaats en uitvaartcentrum Wolfswinkel niet in staat is aan haar aflossingsverplichting te voldoen.

Beheersmaatregel
Er is meerjarig gezien geen sluitende exploitatie van de begraafplaats geweest. De realisatie van een crematorium wordt onderzocht om een sluitende exploitatie te realiseren. De gemeente is voor 50% deelgenoot in de stichting en heeft voor de gebouwen exploitatieleningen verstrekt. De jaarlijkse rente en aflossing lasten bedragen € 30.000 per jaar. Daarnaast is de onderhoudsvoorziening van de panden op de begraafplaats niet op het niveau om het noodzakelijke onderhoud uit te voeren.
 

4. Cybercriminaliteit
Cybercriminaliteit is criminaliteit met ICT als middel én doelwit. Cybercriminaliteit is veelvoorkomend. Er zijn verschillende vormen van cybercriminaliteit. Een onoplettende medewerker of een goed uitgevoerde vorm van cybercriminaliteit kan leiden tot problemen op financieel gebied, het verlies van productieve uren of tot grote privacyrisico’s. De kans hierop neemt toe en ook de impact wordt groter. Dit wordt onder meer veroorzaakt door het steeds complexer worden van de ICT aan de ene kant. En aan de andere kant blijkt uit een benchmark dat we onder het gemiddelde zitten qua middelen. Er zijn cyberaanvallen geweest op gemeentes, ziekenhuizen, MKB bedrijven enzovoorts.

Beheersmaatregel
De CISO en FG organiseren acties om het bewustzijn rondom cybercriminaliteit binnen de organisaties te verhogen. Tevens worden medewerkers actief herinnerd aan de gedragscodes omtrent computergebruik en privacywetgeving.
De gemeenten is in 2015 aangesloten bij de IBD VNG en heeft de BIG (Baseline Informatieveiligheid Gemeenten) als norm voor het informatieveiligheid ingevoerd. De BIO (baseline Informatiebeveiliging Overheid) is het verplichte normenstelsel voor de overheid, waarbij eigenaarschap en risico analyse centraal staan. De IBD adviseert ons bepaalde maatregelen te treffen. Die voeren wij uit, voor zover op ons van toepassing. Jaarlijks wordt de ENSIA zelf-audit uitgevoerd.
Er is een BIO TOP10 programma opgezet en deze wordt uitgevoerd, waarmee maatregelen worden genomen om de grootste risico’s te mitigeren.


5. Algemene uitkering gemeentefonds

Via circulaires wordt de gemeente 2 maal per jaar geconfronteerd met aanpassingen vanuit het gemeentefonds. De afspraak tussen het Rijk en de gemeenten is 'samen de trap op, samen de trap af'. Indien het Rijk bezuinigt, wordt er ook minder geld in het gemeentefonds gestort.

Deze schommelingen in de algemene uitkering kunnen problemen veroorzaken voor het sluitend krijgen van de begroting. Op de hoogte van de algemene uitkering kan geen invloed worden uitgeoefend.

Omdat besluitvorming over een nieuwe verdeling van het gemeentefonds nog niet rond is, is het opgenomen risico voor de gemeente Son en Breugel niet veranderd ten opzichte van de laatst bekende wijzigingen.


Beheersmaatregel
De algemene uitkering maakt integraal onderdeel uit van de begroting. De schommelingen worden op het eerst volgende moment binnen de exploitatie verwerkt om deze sluitend te houden.

 

6. Crisisbeheersing
Iedere gemeente kan te maken krijgen met incidenten, die de status van een crisis krijgen. Deze kunnen plaatsvinden zowel in het fysieke als het sociale domein. Ook kunnen crises lokaal, regionaal of bovenregionaal van karakter zijn.

Beheersmaatregel

Door adequate maatregelen kunnen de effecten van een crisis zo veel mogelijk beperkt worden. Lokale, regionale en landelijke crisisorganisaties voorzien daarin, met name door crisiscoördinatie en -organisatie. Goede eenduidige informatievoorziening, opleidingen en oefenen zijn daarbij randvoorwaarden voor succes. Implementatie van verbeterpunten uit evaluaties zorgt steeds voor verdere professionalisering van de crisisorganisatie.
Daarnaast wordt ruim ingezet op preventie en preparatie om aan de voorkant crises te voorkomen.

Voor de organisatie van de crisisorganisatie is een nieuwe visie ontwikkeld. Van hieruit wordt vorm gegeven aan een nog professionelere multidisciplinaire organisatie. Veiligheidsregio's Brabant-Zuidoost en Brabant-Noord en de Politie Oost-Brabant werken hierin nauw samen. Een goed getrainde organisatie die expertise betrekt waar nodig, zal door adequaat ingrijpen de effecten van incidenten zo veel mogelijk kunnen beperken.

Met de transities is de gemeente verantwoordelijk geworden voor veel zorgtaken. Hierdoor kan de gemeente vaker partij zijn wanneer een crisis in het sociale domein zich voordoet.

Met de coronacrisis is bevestigd dat een ongekende crisis realiteit kan worden. Een pandemie is al langer gekwalificeerd als een risico met grote waarschijnlijkheid en mogelijk catastrofale gevolgen. Ook voor de toekomst zullen we hier rekening mee moeten houden.

 

7. Dienst Dommelvallei
De samenwerking op het gebied van bedrijfsvoering en dienstverlening verloopt via de Gemeenschappelijke Regeling Dienst Dommelvallei. Op basis van de vastgestelde begroting van Dienst Dommelvallei wordt financieel bijgedragen aan de dienst. Hierbij zijn ook aannames gemaakt met betrekking tot te realiseren efficiency. Omdat Dienst Dommelvallei geen eigen reserves heeft worden de risico’s van de dienst betrokken bij de risicowaarde van de drie deelnemende gemeenten.

Beheersmaatregel
Via een begroting, jaarrekening en rapportages van Dienst Dommelvallei worden de ontwikkelingen periodiek en intensief gevolgd. Eventuele effecten kunnen rechtstreeks verwerkt worden in de eigen begroting. Daarnaast is sprake van deelname in het bestuur van Dienst Dommelvallei.

8. GGD Brabant Zuidoost
De Gemeenschappelijke Regeling GGD Brabant Zuidoost heeft tot doel een bijdrage te leveren aan de publieke gezondheidszorg. Op basis van de begroting wordt financieel bijgedragen.
Binnen de Gemeenschappelijke Regeling zijn gemeenten alleen verantwoordelijk voor de taken op het gebied van de publieke gezondheidszorg. De zorgverzekeraars zijn verantwoordelijk voor de bekostiging van de ambulancezorg. De gemeenten zijn dan ook voor een deel van het onafgedekte risico van € 2.550.000 verantwoordelijk.

Beheersmaatregel
Via de begroting, jaarrekening en rapportages worden de ontwikkelingen periodiek en intensief gevolgd. Eventuele effecten kunnen rechtstreeks verwerkt worden in de eigen begroting.
Daarnaast is sprake van deelname in het bestuur en ambtelijk het Opdrachtgeversplatform.


9. Inkoop en aanbesteding

De volgende risico's hebben betrekking op inkoop en aanbesteding:

  1. Als gevolg van het niet juist hanteren van de aanbestedingsplicht kan een marktpartij rechtsmiddelen aanwenden tegen een gunningsbesluit. Dit leidt tot een vertraging met financiële en juridische gevolgen;
  2. Niet rechtmatige inkopen kunnen bovendien leiden tot een afkeurende verklaring (rechtmatigheid) bij de jaarrekening. Hierdoor bestaat de kans op negatieve publiciteit;
  3. Contracten kunnen stilzwijgend verlengd worden tegen ongunstige voorwaarden. Of door het niet bundelen van opdrachten worden besparingsmogelijkheden niet benut.

 

Beheersmaatregel
Na de inwerkingtreding van de Aanbestedingswet 2012 is bij de implementatie daarvan veel voorlichting gegeven, de procedure uitvoering beschreven en checklists opgesteld. Elke inkoop gebeurt in beginsel vanuit het principe materiedeskundige (beleidsambtenaar), inkoper (Bizob). Dit is afhankelijk van de inkoopwaarde en/of potentiële risico’s die met de inkoop gepaard gaan. Vragen kunnen aan Bizob en eventueel aan de juridische adviseur gesteld worden.
Inkoop en Aanbesteding is onderdeel van de verbijzonderde interne controle. Hierbij worden zowel procesgerichte (deelwaarneming) als gegevensgerichte (inkoopanalyse) controles uitgevoerd. Fouten en/of verbetervoorstellen worden teruggekoppeld.
Als gevolg van de gewijzigde EU-richtlijnen is de Aanbestedingswet 2012 gewijzigd. Op 18 juli 2017 is het inkoopbeleid, met inbegrip van het inkoophandboek en -procedures, vastgesteld. Daarbij zijn - overeenkomstig de landelijke en regionale lijn - de drempels voor de interne procedures vereenvoudigd waardoor het risico op het niet goed volgen van intern beleid verder is verkleind.

 

10. Vennootschapsbelasting
Met ingang van 1 januari 2016 is de Wet modernisering Vpb-plicht overheidsondernemingen in werking getreden. Dit houdt in dat jaarlijks een fiscale aangifte moet worden ingediend. Eerst wordt een voorlopige aangifte gedaan, gevolgd door de definitieve.

Beheersmaatregel
Verdere vervolgstappen vooruitlopend op het oordeel van de Belastingdienst op het afstemmingsverzoek kunnen nog niet worden genomen.

11. Fiscaliteit
De gemeente is aansprakelijk voor fouten in loonbelastingopgaves, Btw aangiften, opgave Btw compensatiefonds en de WKR. Bovendien kan de gemeente aansprakelijk worden gesteld voor belastingschulden van andere bedrijven op basis van inleners of ketenaansprakelijkheid.

Beheersmaatregel
Met het oog op de ontwikkelingen rondom 'Horizontaal Toezicht' met de Belastingdienst wordt er gewerkt aan een 'Tax Control Framework'. Dit betekent niet dat het risico komt te vervallen.


12. Beveiligingsincident

Een gemeentelijke organisatie is informatie intensieve organisaties met een primaire focus op de dienstverlening. Deze organisaties vragen om een betrouwbare en veilige informatievoorziening.

Voorbeelden van informatiebeveiligingsincidenten, die bij ons zijn opgetreden:

  • Een verzoek tot een financiële transactie overschrijven vanuit “de directeur”, in werkelijkheid een fraudeur.
  • Een verzoek om gebruikersnaam en wachtwoord in te vullen vanuit “de helpdesk”, in werkelijkheid een externe partij met slechte bedoelingen.

 

De IBD geeft in het dreigingsbeeld 2021-2022 duidelijk het signaal af, dat de kans op beveiligingsincidenten toeneemt. De volgende categorieën van risico’s worden onderscheiden:

  1. bedrijfscontinuïteit in het geding;
  2. integriteit van gegevens is niet gewaarborgd;
  3. vertrouwelijke gegevens in verkeerde handen;
  4. imagoschade;
  5. schade aan democratische processen;
  6. gegevens in verkeerde handen;
  7. dienstverlening van de gemeente niet beschikbaar;
  8. ontwrichting van alledaagse processen;
  9. financiële schade.


Op meerdere manieren kan een gemeente geconfronteerd worden met financiële schade als gevolg van ontbrekende informatiebeveiliging. De gemeente Lochem werd, op een haar na, slachtoffer van gijzelsoftware maar had toch enkele tienduizenden euro’s schade als gevolg van het stilleggen van de dienstverlening, het forensisch onderzoek en het herstellen van de ICT-omgeving. Wanneer de gemeente daadwerkelijk zou zijn getroffen door gijzelsoftware hadden de kosten kunnen oplopen tot honderdduizenden of zelfs miljoenen euro’s.
Een ambtenaar, bestuurder of raadslid kan bedoeld of onbedoeld informatie verschaffen waar een kwaadwillende zijn voordeel mee kan doen (en de gemeente gedupeerd achterblijft). Informatie rond bestemmingsplannen, aanbestedingen of veranderende regels kan zeer waardevol zijn. Onzorgvuldige omgang met persoonsgegevens en overtredingen van de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) kunnen leiden tot aansprakelijkheidsstellingen van getroffenen of boetes van de privacytoezichthouder. Een boete wegens onzorgvuldig handelen met de privacy van inwoners zou bovendien leiden tot grote imagoschade.”


Beheersmaatregel

In 2020 is het Strategisch Informatiebeveiligingsbeleid door de 5 organisaties (Dienst Dommelvallei, Geldrop-Mierlo, Nuenen en Son en Breugel en het PlusTeam) vastgesteld. In dit beleid wordt beschreven welke uitgangspunten gelden ten aanzien van de informatiebeveiliging van de Dommelvallei-organisaties. Dit beleid moet samen met de technische beveiligingsmaatregelen en de aandacht voor een goede houding en gedrag van medewerkers de risico’s verlagen.
Jaarlijks wordt de ENSIA zelf-audit uitgevoerd.

Er is een BIO TOP10 programma opgezet en deze wordt uitgevoerd, waarmee maatregelen worden genomen om de grootste risico’s te mitigeren.


13. Algemene verordening gegevensbescherming

Overheidsorganisaties verwerken allerlei persoonsgegevens. Deze persoonsgegevens zijn vertrouwelijk en moeten goed worden beschermd. In de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG), die sinds 25 mei 2018 van kracht is, zijn hiervoor regels vastgesteld.
Ook de gemeente Son en Breugel moet de AVG naleven. Doet zij dit niet, dan is de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) bevoegd om corrigerende maatregelen te nemen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een waarschuwing of een boete. De AP houdt bij haar beoordeling van de maatregel onder andere rekening met de aard, ernst en duur van de inbreuk, het aantal getroffen betrokkenen en de omvang van de door hen geleden schade.
De AP legt inmiddels geregeld hoge boetes op, ook aan overheidsorganisaties. Deze boetes dienen doeltreffend, evenredig en afschrikkend te zijn. De AP kan een overheidsinstantie een maximale boete van € 20.000.000 opleggen.

Ook het niet melden van datalekken kan tot een boete leiden. Een datalek is het verlies of de ongeoorloofde toegang tot persoonsgegevens. Voorbeelden hiervan zijn het kwijtraken van een USB-stick, een tablet of een laptop waar persoonsgegevens op staan. Een datalek kan ook ontstaan wanneer er een mail met persoonsgegevens naar een verkeerde persoon wordt gestuurd of na een hack door criminelen. Datalekken moeten, afhankelijk van het privacyrisico, bij de AP worden gemeld. Organisaties zijn verplicht een datalekkenregister bij te houden en aan te kunnen tonen welke maatregelen ze genomen hebben om de nadelige gevolgen van het datalek te beperken.


Beheersmaatregel

Via onder andere presentaties en intranet worden medewerkers continue geïnformeerd over de AVG en de gevolgen hiervan voor de eigen werkzaamheden. We hebben een verwerkingenregister waarin de verwerkingen van persoonsgegevens zijn opgenomen. Ook voeren we Data Protection Impact Assessments (DPIA’s) uit. Dit is een instrument om het privacy risico van een beoogde gegevensverwerking voor betrokkenen in kaart te brengen. Daarnaast zijn we bezig om met onze verwerkers verwerkersovereenkomsten af te sluiten. Hierin staan afspraken over de maatregelen die verwerkers moeten nemen om de persoonsgegevens van onze burgers passend te beveiligen.

Verder hebben we een procedure Beveiligingsincidenten en datalekken, waarmee we borgen dat datalekken juist en tijdig worden gemeld en afgehandeld. In ons datalekkenregister houden we bij welke datalekken er zijn gemeld en hoe we deze hebben gedicht.

De gemeente heeft een privacy beheerder die ondersteunt en adviseert bij privacyvraagstukken. Daarnaast heeft de gemeente een Functionaris Gegevensbescherming (FG) aangesteld die er op toeziet dat de AVG wordt nageleefd.


14. Verkiezingen
In de meerjarenraming is rekening gehouden met de regulier te verwachten verkiezingen. In het geval extra verkiezingen worden uitgeschreven wordt een financieel risico gelopen.


Beheersmaatregel
Dit is niet beïnvloedbaar. Als sprake is van tussentijdse verkiezingen zal de gemeente deze moeten organiseren. 

 

15. Terugkeergarantie voormalig coördinator CMD

De gemeente Son en Breugel heeft met de voormalig coördinator van het CMD een terugkeergarantie afgesproken.

Beheersmaatregel

Wegens politiek ambt elders geldt er een terugkeergarantie voor de voormalig coördinator CMD. Deze terugkeergarantie geldt voor de functieschaal ambtenaar. Bij vertrek van deze persoon is de formatieplek vast ingevuld, omdat niet in te schatten is hoe lang de politieke betrekking elders zal duren. Bij terugkeer is deze persoon boventallig.

Weerstandscapaciteit in cijfers

Terug naar navigatie - Weerstandscapaciteit in cijfers

De beschikbare weerstandscapaciteit is de verzamelterm van al die bronnen waaruit niet voorziene financiële tegenvallers bekostigd kunnen worden.

Beschikbare weerstandscapaciteit

Incidentele weerstandscapaciteit Peildatum 1-1-2022
Algemene risicoreserve 2.681.000 1
Reserve vrije bestedingsruimte 2.034.000 2
Algemene reserve 1.622.000 1
Stille reserves p.m.
Totaal incidentele weerstandscapaciteit 6.337.000
Structurele weerstandscapaciteit
Post onvoorzien 80.000
Totaal structurele weerstandscapaciteit 80.000
Totaal beschikbare weerstandscapaciteit 6.417.000
1 Stand 1 januari 2022
2 O.b.v. laagste stand meerjarenraming 2022-2025 na verwerking jaarrekening 2020

 

Er is veel meer incidentele capaciteit beschikbaar dan structurele capaciteit. De structurele capaciteit kan in principe jaarlijks worden vrijgemaakt voor financiële tegenvallers. De incidentele capaciteit kan slechts eenmaal worden aangesproken en kan pas na aanvulling weer worden gebruikt om volgende tegenvallers te kunnen opvangen. 

Weerstandsvermogen

Er wordt uitgegaan van een gewenste minimale score voor de ratio weerstandsvermogen van ‘voldoende’ (ratio ≥ 1). Deze verhouding wordt bepaald door de volgende ratio:

Ratio weerstandsvermogen =

Beschikbare weerstandscapaciteit
Benodigde weerstandscapaciteit

 

De ratio weerstandsvermogen kan als volgt worden vastgesteld:

Ratio weerstandsvermogen =

€ 6.417.000 = 3,11
€ 2.065.639

 

Geconcludeerd kan worden dat het weerstandsvermogen van de gemeente met een weerstandsratio van 3,11 meer dan toereikend is om de risico’s op te vangen.

Financiële kengetallen

Terug naar navigatie - Financiële kengetallen

Kengetallen geven inzicht in bepaalde onderdelen van de begroting of de balans en kunnen bijdragen aan het beoordelen van de financiële positie van de gemeente. De combinatie van de kengetallen geven een indicatie over de financiële positie van de gemeente. Daarnaast bieden kengetallen de mogelijkheid om gemeenten onderling te vergelijken.

Een individueel kengetal zegt weinig over hoe de financiële positie van de gemeente moet worden beoordeeld. De kengetallen moeten in samenhang bekeken worden, omdat ze alleen gezamenlijk en in hun onderlinge verhouding een beeld geven van de financiële positie van de gemeente.
Een kengetal, of de ontwikkeling van een kengetal, is een weerspiegeling van het gevoerde beleid. Voor de provincie als toezichthouder hebben de kengetallen een signaleringswaarde. Ze kunnen worden betrokken bij het krijgen van een completer inzicht in de financiële situatie en risicopositie van een gemeente.

De volgende financiële kengetallen moeten in de paragraaf weerstandsvermogen opgenomen worden:

  • netto schuldquote
  • netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen
  • solvabiliteitsratio
  • grondexploitatie
  • structurele exploitatieruimte
  • belastingcapaciteit

Zie voor de onderlinge verhouding van de kengetallen bij conclusie.


De toezichthouder hanteert geen normering, maar maakt gebruik van onderstaande signaleringswaarden.

 

Waarderingscijfer Minst risicovol Neutraal Meest risicovol
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen <90 90-130 >130
Solvabiliteitsratio >50 20-50 <20
Grondexploitatie <20 20-35 >35
Structurele exploitatieruimte >0 0 <0
Belastingcapaciteit <95 95-105 >105

Sturen met financiële kengetallen

Uitgangspunten
Voor de kolommen realisatie is uitgegaan van de balans zoals opgenomen in de betreffende jaarrekening. De kengetallen voor de begroting 2021 zijn afkomstig uit de meerjarenbegroting 2021-2024. De kengetallen voor de begroting 2022-2025 zijn afkomstig uit deze meerjarenbegroting. 

 

Omschrijving Realisatie Begroting
2018 2019 2020 2021 2022 2023 2024 2025
Netto schuldquote 4% 5% 0% 36% 72% 98% 99% 95%
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen 1% 1% -3% 35% 72% 97% 99% 95%
Solvabiliteitsratio 71% 77% 71% 60% 47% 42% 41% 41%
Grondexploitatie 11% 2% -13% -11% -10% 2% 0% 0%
Structurele exploitatieruimte 1% 1% 0% 2% 1% 2% 3% 4%
Belastingcapaciteit 84% 85% 89% 101% 99% 99% 99% 99%

Hieronder volgt per kengetal een korte toelichting.

Netto schuldquote

Netto schuldquote

De netto schuldquote weerspiegelt het niveau van de schuldenlast van de gemeente ten opzichte van de eigen middelen en geeft een indicatie van de druk van de rentelasten en de aflossingen op de exploitatie. Om inzicht te verkrijgen in hoeverre er sprake is van doorlenen wordt de netto schuldquote zowel in- als exclusief doorgeleende gelden weergegeven (netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen).

 

Solvabiliteitsratio

Solvabiliteitsratio

Dit kengetal geeft inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Hoe hoger de solvabiliteitsratio, hoe groter de weerbaarheid van de gemeente. De mate van weerbaarheid geeft in combinatie met de andere kengetallen een indicatie over de financiële positie van een gemeente.

 

Grondexploitatie

Grondexploitatie

De afgelopen jaren is gebleken dat grondexploitatie een forse impact kan hebben op de financiële positie van een gemeente. Indien gemeenten leningen hebben afgesloten om grond te kopen voor een (toekomstige) woningbouwproject hebben zij een schuld. Bij de beoordeling van een dergelijke schuld is het van belang om te weten of deze schuld kan worden afgelost wanneer het project wordt uitgevoerd. Van de opbrengst van de verkochte gronden kan immers de schuld worden afgelost. Het kengetal grondexploitatie geeft aan hoe groot de grondpositie (de waarde van de grond) is ten opzichte van de totale (geraamde) baten.

 

Structurele exploitatieruimte

Structurele exploitatieruimte

Voor de beoordeling van de financiële positie is het ook van belang te kijken naar de structurele baten en structurele lasten. Dit kengetal geeft aan hoe groot de structurele exploitatieruimte is, doordat wordt gekeken naar de structurele baten en structurele lasten en deze worden vergeleken met de totale baten. Een positief percentage betekent dat de structurele baten toereikend zijn om de structurele lasten (waaronder de rente en aflossing van een lening) te dekken.

 

Belastingcapaciteit

Belastingcapaciteit

De belastingcapaciteit geeft inzicht in de mate waarin bij het voordoen van een financiële tegenvaller in het volgende begrotingsjaar deze kan worden opgevangen of dat er ruimte is voor nieuw beleid. Om deze ruimte weer te kunnen geven is een ijkpunt nodig. In dit geval landelijk gemiddelde tarieven.

Voor de gemeenten wordt de belastingcapaciteit gerelateerd aan de hoogte van de gemiddelde woonlasten (OZB, rioolheffing en reinigingsheffing). Naast de OZB wordt tevens gekeken naar de riool- en afvalstoffenheffing omdat de heffing niet kostendekkend hoeft te zijn, maar ook lager mag worden vastgesteld.


Conclusie


Netto schuldquote (zowel gecorrigeerd als niet gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen).
De hoogte van dit kengetal wordt voor de gemeente Son en Breugel beïnvloed door 2 oorzaken:

  • De boekwaarde van de bouwgronden in exploitatie zijn de afgelopen jaren gedaald, waardoor afgelost is op de (daarvoor) aangetrokken geldleningen.
  • Het oplopen van dit kengetal in de begrotingsjaren vanaf 2020 wordt veroorzaakt door de gedane en geraamde investeringen voor:
    • Gemeentehuis
    • Nieuwbouw de Regenboog en de Krommen hoek
    • Gezamenlijke uitbreiding voor de Bloktempel en de Ruimte
    • Braecklant
    • Dorpshuis
    • Sporthal de Bongerd

 

Solvabiliteitsratio
In de jaren 2018, 2019 en 2020 zijn reserves en voorzieningen nagenoeg ongewijzigd gebleven en is de boekwaarde van de bouwgronden in exploitatie afgenomen. Hierdoor blijft de solvabiliteitsratio in die jaren op hetzelfde niveau. 
De daling van het kengetal in de meerjarenbegroting wordt veroorzaakt door de geraamde onttrekkingen aan reserves voor een deel van de hierboven genoemde investeringen. Daarnaast stijgt de totale boekwaarde van de activa als gevolg van de genoemde investeringen.

 

Grondexploitatie
In de afgelopen jaren is het kengetal gedaald door de afname van de boekwaarde van de bouwgronden in exploitatie. Dit kengetal wordt in de jaren 2021 en 2022 negatief omdat er in die jaren gronden verkocht worden waar geen boekwaarde tegenover staat. Deze winsten worden pas als baten geraamd als ze daadwerkelijk gerealiseerd zijn. 

 

Structurele exploitatieruimte
De resultaten van de begrotingsjaren zijn positief. Dit betekent dat alle structurele lasten, inclusief de kapitaallasten van de geraamde investeringen, opgevangen worden binnen een structureel sluitende begroting.

 

Belastingcapaciteit
Het landelijk gemiddelde van het kengetal voor de belastingcapaciteit wordt jaarlijks op 100% gesteld. Door de geringe verhoging van de OZB, de afvalstoffen- en rioolheffing in de begroting 2022, daalt het percentage net onder de 100%. Kanttekening daarbij is dat de opbrengsten afgezet zijn tegen een landelijke gemiddelde dat niet geactualiseerd is voor 2022.