De mutaties ten opzichte van de kadernota betreffen:
Netto resultaat meicirculaire
Nadat de kadernota voor het grootste deel gereed was, verscheen de meicirculaire 2022. Het netto saldo van de meicirculaire is toegevoegd conform de memo meicirculaire 2022 die bij de kadernota behandeling voor de gemeenteraad beschikbaar was.
Vrijval onderuitputting Rijk
In de memo meicirculaire 2022 is rekening gehouden met onderuitputting van Rijksuitgaven. De hogere Rijksuitgaven geven daardoor hogere accressen. In het memo van de meicirculaire 2022 is het advies gevolgd van externe deskundigen om vanuit het voorzichtigheidsprincipe rekening te houden met onderuitputting. Inmiddels is duidelijk dat het volume accres voor 2022 t/m 2026 wordt bevroren. Hiermee verdwijnt het risico van onderuitputting en daardoor vallen bovenstaande bedragen vrij ten gunste van het begrotingssaldo voor 2023-2025.
Aanvullende middelen jeugdzorg 25%
Conform afspraak tussen het Rijk, IPO en VNG mogen gemeenten de middelen voor jeugdzorg voor 100% ramen. Officieel zijn de middelen nog niet beschikbaar gesteld, en nog afhankelijk van besluitvorming door het Rijk. De provincie, in haar rol als toezichthouder, staat toe om deze stelpost op te nemen in de begroting. De gemeente Son en Breugel had 75% van de middelen voor jeugdzorg geraamd en door deze afspraak komt daar nog 25% bij. De middelen voor jeugdzorg bestaan uit middelen van het Rijk via de algemene uitkering en uit een verlaging van de uitgaven door maatregelen/besparingen door het nog op te stellen beleid vanuit het Rijk. Deze besparing is nog niet doorgevoerd op de budgetten van het sociaal domein maar is geraamd als stelpost op de algemene uitkering. Als het beleid vanuit het Rijk bekend is worden de hieruit voortvloeiende aanpassingen doorgevoerd in de budgetten van het sociaal domein.
Actualisatie activa, salarissen, gesloten exploitaties etc.
Elk jaar worden de activa inclusief afschrijvingen, salarissen, indexering geactualiseerd. Dat geldt ook voor de reserves en voorzieningen, gesloten exploitaties en de OZB.
Dit is noodzakelijk omdat geplande investeringen later gereed zijn dan eerder geraamd. Er komen nieuwe investeringen bij, of geplande investeringen gaan niet door. Dit heeft invloed op de lasten die vanuit de activa drukken op de begroting. Daarnaast wordt er vanaf 2023 conform BBV de directe salarislasten en overhead toegerekend aan investeringen die starten in 2023. Hierop zijn de kredieten aangepast en de daar uit voortvloeiende financiële gevolgen.
De geraamde salarissen zijn aangepast aan de indexering en aan de formatie voor 2023-2026.
De kosten van riolering en afval zijn opnieuw doorgerekend.
Afvaltarieven
Op grond van 100% kostendekkenheid (profijtbeginsel) zou de afvalstoffenheffing voor een meerpersoonshuishouden met € 64 per jaar moeten stijgen: van € 290 naar € 354. Bij de vorige begroting heeft de raad, via een amendement, besloten om het afvaltarief gelijk te houden aan het tarief van 2021 en niet te verhogen met € 59. Voor 2023 komt deze stijging nu terug. Het college stelt voor om het tarief in 2 stappen stapsgewijs te verhogen. Hierdoor stijgt het tarief voor 2023 naar € 326. Het niet toepassen van 100% kostendekkendheid levert voor 2023 een nadeel op van € 186.982.
Nieuw beleid
Na de vaststelling van de kadernota is gestart met het opstellen van nieuw beleid en dit moet toegevoegd worden aan de begroting. De totale kosten zijn als één bedrag opgenomen. Bij de programma's zijn de aanvragen onder nieuw beleid gespecificeerd en toegelicht mits de aanvraag groter is dan € 10.000. In het raadsvoorstel zijn hiervoor de beslispunten opgenomen.
Septembercirculaire 2022
De septembercirculaire 2022 is te laat verschenen om de gevolgen integraal in beeld te brengen en te verwerken in deze begroting. De gevolgen van septembercirculaire worden via een memo met de gemeenteraad gedeeld en verwerkt in de eerste begrotingswijziging.