Financiering

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Het opstellen van de paragraaf financiering in de begroting en de jaarstukken is in zowel het BBV als in de wet Fido verplicht gesteld. Financiering betreft de wijze waarop de gemeente Son en Breugel de benodigde geldmiddelen aantrekt en (tijdelijke) overtollige geldmiddelen belegt. De uitvoering van deze paragraaf vindt plaats binnen de wettelijke kaders van het BBV en de wet Fido. Naast deze wetgeving is een treasurystatuut vastgesteld. In dit statuut zijn nadere regels opgenomen om daarmee de financieringsfunctie te sturen, te beheersen en te controleren.

De paragraaf geeft inzicht in de rentelasten en -baten, het renteresultaat, de financieringsbehoefte en de wijze waarop rente wordt toegerekend aan investeringen, grondexploitaties en projecten. De bedragen in onderstaande tabellen moeten vermenigvuldigd worden met € 1.000.

 

Interne- en externe ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Interne- en externe ontwikkelingen

Extern
De ECB blijft in de komende twaalf maanden een ruim monetair beleid voeren. De rentetarieven zijn nog op een laag niveau maar zijn wel aan het stijgen.

Intern
Voor de begroting zijn de volgende interne rentepercentages gebruikt, de berekening volgens BBV:

Renteschema %
Rente over voorziening verliesgevende complexen bouwgrond 2,00%
Rente grondexploitatie 0,92%
Rente activa 1,00%

 

In onderstaand schema is het renteresultaat berekend volgens BBV:

 

Stap Renteschema 2023 2024 2025 2026
De externe rentelasten over de aangetrokken geldleningen niet zijnde projectfinanciering 232 220 208 196
De externe rentelasten over de aangetrokken geldleningen voor projectgefinancierde grondexploitatie 0 0 0 0
De externe rentelasten over de aangetrokken geldleningen die doorgezet zijn aan derden 0 0 0 0
De externe rentelasten over de aangetrokken geldleningen voor projectgefinancierd overig (zonnepanelenproject) 22 20 18 16
De externe rentelasten over de verwachte nieuw aan te trekken korte en lange financiering 396 499 482 499
De externe rentebaten -27 -25 -23 -22
1 Saldo rentelasten en rentebaten 623 714 684 689
De rente die aan de grondexploitatie moet worden doorberekend 40 1 7 7
De rente van projectfinanciering die aan het betreffende taakveld moet worden toegerekend 0 0 0 0
De rentebaat van doorverstrekte leningen indien daar een specifieke lening voor is aangetrokken die aan het betreffende taakveld moet worden toegerekend -22 -20 -18 -16
2 Aan taakvelden toe te rekenen externe rente 17 -19 -12 -10
3 Rente over eigen vermogen 0 0 0 0
3 Rente voorzieningen 38 38 39 40
4 Totaal aan taakvelden toe te rekenen rente 1+2+3) 678 733 712 720
5 De aan taakvelden toegerekende rente 0 0 0 0
Renteresultaat op het taakveld treasury (4+5) 678 733 712 720

 

Het genoemde renteresultaat komt terug op het taakveld treasury, maar is niet het enige resultaat op dat taakveld. Ook bijvoorbeeld ontvangen dividend wordt geraamd op het taakveld, maar maakt geen onderdeel uit van het renteschema.

Financieringsbehoefte

Terug naar navigatie - Financieringsbehoefte

Op basis van de begroting 2023 wordt een meerjarige financieringsbehoefte opgesteld.

Boekwaarde 1-1 2023 2024 2025 2026
Activa 80.762 89.542 89.853 89.085
Grondexploitatie -5.009 -799 -1.381 -685
Geldleningen OG* -15.951 -15.089 -14.225 -13.359
Reserves en voorzieningen -41.919 -41.399 -41.445 -39.114
Financieringsbehoefte 17.883 32.255 32.802 35.927

* Dit is de huidige leningenportefeuille.


Uit bovenstaand schema blijkt dat de komende jaren een financieringsbehoefte is tot een maximum van ruim € 36 miljoen. Deze wordt gefinancierd met kasgeld en langlopende geldleningen.

Beleidsvoornemen financiering.
Het beleid is erop gericht om de financieringsbehoefte af te dekken met kortlopende financiering omdat de rente op de kortlopende middelen lager is dan de rente op langlopende middelen. Hierbij wordt rekening gehouden met de kasgeldlimiet, die bepaalt dat de gemiddelde vlottende schuld, over drie maanden gezien, niet boven de 8,5% van het begrotingstotaal mag uitkomen. Gezien het feit dat de rente op dit moment stijgt, kan de overweging gemaakt worden om een groter deel van de financieringsbehoefte te financieren met langlopende leningen.

Renterisicobeheer

Terug naar navigatie - Renterisicobeheer

De overheid heeft twee instrumenten bepaald voor het toetsen van het renterisico, namelijk: de kasgeldlimiet en de renterisiconorm.

Kasgeldlimiet
De kasgeldlimiet vormt de bovengrens waarmee een tijdelijk liquiditeitstekort gefinancierd kan en mag worden met een kortlopende geldlening (korter dan 1 jaar). Als het liquiditeitstekort een structureel karakter draagt moet een langlopende geldlening worden aangetrokken. Indien voor het derde achtereenvolgende kwartaal de kasgeldlimiet wordt overschreden moet de toezichthouder hiervan op de hoogte worden gesteld. Ook moet de kwartaalrapportage en een plan om binnen de kasgeldlimiet te blijven ter goedkeuring worden voorgelegd aan de toezichthouder. De kasgeldlimiet is vastgesteld op 8,5% van het begrotingstotaal.

 

Stap Omschrijving 2023
Bepalen toegestane kasgeldlimiet
Omvang begrotingstotaal 46.700
Percentage regeling 8,50%
1 Toegestane kasgeldlimiet 3.970
Vlottende korte schuld
opgenomen gelden < 1 jaar 3.000
Schuld in rekening courant 1.558
Gestorte gelden door derden < 1 jaar 13
Overige geldleningen niet zijnde vaste schuld 0
2 Totaal vlottende korte schuld 4.570
Vlottende middelen
Contante gelden in kas 2
Tegoeden in rekening courant 0
Overige uitstaande gelden < 1 jaar 2
3 Totaal vlottende middelen 4
4 Totaal netto vlottende schuld (2-3) 4.566
Ruimte(+)/Overschrijdingen(-) (1-4) -597

Voor 2023 wordt met kasgeldleningen gewerkt tot de bovengrens van de kasgeldlimiet om te voorzien in de financieringsbehoefte. De overige financieringsbehoefte wordt gefinancierd door middel van het opnemen van langlopende geldleningen.

 

Renterisiconorm
De renterisiconorm stelt een grens aan het te lopen renterisico op de vaste schuld. De risiconorm houdt in dat de jaarlijkse verplichte aflossingen en renteherzieningen niet hoger mogen zijn dan 20% van het begrotingstotaal (zie tabel hieronder).

 

Stap Omschrijving 2023 2024 2025 2026
1 Renteherzieningen 0 0 0 0
2 Aflossingen 862 864 866 868
3 (1+2) Renterisico 862 864 866 868
4 Begrotingstotaal 46.700 45.425 46.914 45.471
5 Percentage regeling 20% 20% 20% 20%
6 (4 x 5) Renterisiconorm 9.340 9.085 9.383 9.094
7 Ruimte(+)/Overschrijdingen(-) 8.478 8.221 8.517 8.226

 

Voor de komende jaren is er ruimte om lang geld aan te trekken volgens de renterisiconorm.

Leningenportefeuille

Terug naar navigatie - Leningenportefeuille

Een belangrijk onderdeel van het financieringsbeleid vormt de omvang, flexibiliteit, gemiddelde looptijd en rentegevoeligheid van de leningenportefeuille. De leningenportefeuille van de gemeente ziet er als volgt uit:

Opgenomen langlopende leningen
Leningverstrekker Looptijd Rente Oorspronkelijk 1-1-2023 31-12-2023
Van t/m
Provincie Noord-Brabant 2018 2033 1,13% 1.014 760 695
Provincie Noord-Brabant 2018 2033 1,18% 761 571 522
Provincie Noord-Brabant 2019 2034 1,28% 507 413 381
Provincie Noord-Brabant 2019 2034 1,33% 254 207 191
BNG 2022 2042 1,72% 14.000 14.000 13.300
Totaal 16.536 15.951 15.089