Voorwoord

Voorwoord

Terug naar navigatie - Voorwoord

Voor u ligt de eerste begroting van het nieuwe college. In juni 2018 is het coalitieakkoord voor deze periode gepresenteerd. Dit akkoord legt de nadruk op aantrekkelijke, levendige centra in Son en Breugel, op zorg en ondersteuning voor onze inwoners, op voldoende betaalbare woningbouw, vooral voor onze jongeren en senioren, op mobiliteitsvraagstukken en op de duurzaamheidsagenda. Het akkoord tezamen met de financiële uitgangspunten van de kadernota is vertaald in deze begroting 2019-2022. De door uw raad ingediende moties en amendementen hebben wij betrokken in onze afwegingen en zijn integraal verwerkt in deze begroting.

Daarnaast heeft het college er voor gekozen om op een aantal focusgebieden te gaan experimenteren met nieuwe vormen van participatie. Het college heeft gekozen voor de focusgebieden
Breugel Bruist!, Centrum Son – Dorpshuis, Duurzaamheid – Energietransitie, Mobiliteit - Veiligheid in het verkeer, Nulde lijn samenleving - Wonen, welzijn en zorg, Regionale Samenwerking en Veiligheid. Daarnaast leggen we de komende periode in het bijzonder de focus op Burgerparticipatie.

Deze focuspunten zijn opgenomen in het collegeprogramma dat u aantreft na de inhoudsopgave van de begroting. Periodiek koppelen we hierover aan uw raad terug via de planning en control documenten.

Financiële positie
Jaarlijks wordt aan de raad een meerjarenbegroting aangeboden ter vaststelling. De eis van de Provincie is dat minimaal het laatste jaar structureel sluitend moet zijn. Onze gemeente hanteert als uitgangspunt dat elk jaar structureel sluitend moet zijn. In 2019 is dat net niet het geval, voor meerjarenbegroting is dit gelukt.
Kijkend naar het totale begrotingssaldo is er in de jaren 2019 en 2020 een incidenteel tekort. Omdat het tekort incidenteel is, kan het worden afgedekt door een onttrekking aan de reserve vrij besteedbaar. In 2021 en 2022 is sprake van een overschot. Deze ruimte is bewust niet ingevuld, omdat we ook de financiële ruimte beschikbaar willen hebben om de acties die voortkomen uit de nieuwe manier van werken met raad en burgers te bekostigen.

In het verlengde daarvan worden vanaf 2021 middelen toegevoegd aan de groeipaden voor centrum Son en centrum Breugel. De middelen die op dit moment in het groeipad zijn opgenomen zijn gebaseerd op de plannen uit 2015. Deze plannen zijn volop in beweging en de wijzigingen in de plannen zijn nog niet verwerkt. Hierbij gaat het om de ontwikkelingen in het centrum van Son (aankoop van de kerk, de ontwikkelingen om te komen tot een dorpshuis, afwikkeling grondexploitatie etc) en de ontwikkelingen in Breugel (sporthal). Het blijkt ook dat de bouwkosten weer stijgen ten opzichte van een paar jaar geleden, wat uiteindelijk tot hogere kosten kan leiden.
Bij de jaarrekening 2017 is het resultaat van de grondexploitaties gestort in een reserve. De belangrijkste aanwending van deze reserve moet zijn het opvangen van de uiteindelijke resultaten van de grondexploitaties en mogelijk kan dus ook een deel van centrum Son en Breugel, naast het groeipad, daar gebruik van maken.

Ontwikkeling lokale lastendruk
De lastendruk voor onze inwoners neemt ten opzichte van 2018 in 2019 in totaal met 4,3% toe. Hierbij zijn met name OZB en de afvalstoffenheffing de oorzaak.
De totale WOZ-waarde is door uitgestelde bouwprojecten, zowel bij woningen als niet-woningen, lager dan het uitgangspunt in de begroting 2018. Bij gelijkblijvend beleid, het tarief aanpassen met inflatie, zullen de opbrengsten in 2019 lager dan geraamd bij de begroting 2018. Hiermee ontstaat structureel een nadeel in de begroting en vanuit financieel beleid is dit niet wenselijk. Wij stellen voor het OZB tarief met 2,5% te laten stijgen.

Hoewel de kosten voor het verbranden van restafval de laatste jaren zijn gedaald, waardoor de tarieven voor de afvalstoffenheffing relatief laag konden blijven, is vanaf 2016 weer een stijging van de kosten voor de afvalinzameling en –verwerking zichtbaar. Deze kostenstijging wordt met name veroorzaakt door hogere kosten voor de inzameling van PMD en oud papier, hogere markttarieven voor afvalstromen van de milieustraat.. Hierdoor stijgen de tarieven voor de afvalstoffenheffing in 2019 met 5,5%.

De lastendruk voor onze inwoners laat het volgende beeld zien voor de jaren 2017 t/m 2019 (zie ook paragraaf lokale heffingen):

Jaar 2017 2018 2019
WOZ-waarde 273.000 289.000 303.000
Wijziging WOZ-waarde 0.70% 5,86% 5%
OZB 250 259 271
Afvalstoffenheffing * 188 194 205
(meerpersoons)
Rioolheffing 148 150 153
Totaal 586 603 629
% wijziging lasten t.o.v. t-1 0,00% 2,90% 4,30%

 

Circulaires van het rijk
In de loop van het begrotingsproces zijn de maart-, mei- en septembercirculaire uitgebracht door de rijksoverheid. Het kabinet heeft besloten om het principe van “trap op, trap af” te blijven hanteren.
In de maartcirculaire gingen we behoorlijk de trap op. Hierbij was een belangrijk onderdeel de stijging van het accres als gevolg van loon- en prijsindexen.
In de meidcirculaire was de belangrijkste tegenvaller een verandering van de methodiek rondom het BTW compensatiefonds (BCF). Tot nu toe werd de ruimte onder het financiële plafond van het BCF als voorschot opgenomen. Nu wordt het daadwerkelijk resultaat achteraf toegevoegd. Deze wijziging betekent nu een nadeel. Dit kan herstellen in de komende jaren.
De septembercirculaire is verschenen op 18 september en is meegenomen in de begroting. Ook in deze begroting gaan we de trap af. Via deze “trap op, trap af”-systematiek krijgen alle gemeenten tezamen nu € 194 miljoen minder, waarbij het grootste nadeel optreedt in 2018. De gevolgen daarvan worden in de 2e bestuursrapportage meegenomen.

Gevolgen maart-, mei- en septembercirculaire 2019 2020 2021 2022
Resultaat maartcirculaire S 884.239 1.404.038 1.805.911 2.332.252
Resultaat meicirculaire S -42.064 -188.157 -271.013 -501.552
Resultaat septembercirculaire S -101.722 -58.490 -93.831 -66.348
Totaal aanpassingen beleid geen keuze 740.453 1.157.391 1.441.067 1.764.352
+/+ is voordeel, -/- is nadeel

 

Sluitende meerjarenbegroting
De provincie heeft in haar begrotingscirculaire aangegeven dat zij beoordelen of de begroting en de meerjarenraming structureel en reëel in evenwicht zijn. Wij zijn ook van mening dat dit voor een gezonde financiële situatie belangrijk is. De gemeente Son en Breugel is financieel een gezonde gemeente en ook deze (meerjaren)begroting is structureel en reëel in evenwicht.
De eerste twee jaren geven een negatief saldo te zien wat gedekt wordt uit de reserve vrij besteedbaar.
Gaandeweg gaan we aan de slag met de uitvoering van het nieuwe collegeprogramma en daarvoor gebruiken we overschot 2021 en verder.