Uitvoeringsprogramma mobiliteitsvisie
Verkeer is een permanent aandachtsveld. Hiervoor is in 2014 de Mobiliteitsvisie vastgesteld. Deze visie is een richtinggevend kader dat in het ‘Meerjarenprogramma mobiliteit’ is geconcretiseerd naar projecten en maatregelen. Hierbij is er speciale aandacht voor de majeure infrastructurele werken zoals de multimodale bereikbaarheid van Ekkersrijt.
Daarnaast zijn de onderwerpen fiets, parkeren en openbaar vervoer in het plan benadrukt. Per onderwerp zijn diverse projecten benoemd die tezamen leiden tot kwaliteitsverbeteringen op de verschillende vlakken.

Aanleg Slowlane Sciencepark-Meubelboulevard
Op het Sciencepark en de Meubelboulevard wordt een gedeelte van de ‘Slowlane’ aangelegd. De Slowlane is een regionale snelfietsroute die economische toplocaties met elkaar verbindt. Het is een tegenhanger van de Fastlane, het stelsel van snelwegen. Het belangrijkste doel van de Slowlane is om meer mensen uit de auto en op de fiets te krijgen. In Nederland woont ongeveer 61% van de bevolking binnen een straal van 15 km van het werk. Momenteel fietst circa 10% van de werknemers een afstand tot 15 km. Bij snelfietsroutes loopt dit percentage op tot 25%. Het effect hiervan is een CO2 reductie van circa 1325 ton per jaar.

Met de aanleg van de Slowlane wordt in 2019 gestart, het project moet voor 2021 gereed zijn.
De voorbereiding en uitvoering van dit project zullen we afstemmen met de aanliggende bedrijven en de fietsersbond.

Ontsluiting Ekkersrijt op Hoofdwegennet
In het Masterplan Ekkersrijt is opgenomen dat Ekkersrijt via een 2e ontsluiting op het hoofdwegennet moet worden ontsloten. De reden hiervoor is dat de huidige ontsluiting onvoldoende is om de steeds verder toenemende mobiliteit op te kunnen vangen. Inmiddels is de 2e ontsluiting opgenomen in de regionale bereikbaarheidsagenda en maakt ook onderdeel uit van het bereikbaarheidsakkoord. Op deze manier zijn additionele middelen – die eerder voor de zogenoemde ‘Ruit’ waren gereserveerd – voor de regio, en daarmee voor de 2e ontsluiting, behouden. Via cofinanciering moet er eenzelfde bedrag van de gemeenten tegenover te staan. Voor Son en Breugel komt dit in totaal neer op € 1.806.143,-, verdeeld over generieke projecten (€ 373.387,-) en specifieke regioprojecten (€ 1.432.756,-). Deze investeringen (regioprojecten) en exploitatiebijdragen (generieke projecten) worden gedekt vanuit het reeds bestaande groeipad 'Majeure Infrastructurele Werken'. De middelen in dit groeipad zijn voldoende om de totale kapitaallasten te allen tijde te dekken. Hiermee wordt ook voldaan aan het memo over het bereikbaarheidsakkoord welke op 15 januari 2018 aan de Commissie Grondgebiedszaken is voorgelegd. Daarin stond: "Met de ondertekening van de intentieovereenkomst spreken wij als gemeente Son en Breugel de intentie uit om wat betreft de generieke projecten uit het Bereikbaarheidsakkoord, gedurende 10 jaar een structurele bijdrage in de cofinanciering van deze projecten op te nemen in de begroting (2019-2028), in te brengen in de Kadernota 2019-2022 en wat betreft de projecten gerelateerd aan provinciale wegen alsmede de relatiegerichte projecten, de voor de cofinanciering van die projecten benodigde middelen tijdig op te nemen in de begroting."